College beschaamt vertrouwen

heijmanswoensdag 09 december 2009 13:30

De zuidelijke rekenkamer heeft een onderzoek uitgevoerd naar het grondbeleid in Brabant. Hierbij is de rekenkamer op een aantal bedenkelijkheden gestuit. Procedures worden niet gevolgd, de Staten zijn niet geïnformeerd en er is sprake van mogelijke staatssteun bij de aankoop van gronden van Heijmans. “Dit stelt de ChristenUnie-SGP fractie voor een moeilijke afweging. De vertrouwensvraag dringt zich hierbij op. In de komende week zullen we tot een weloverwogen besluit moeten komen die recht doet aan de situatie en het goede is voor de bevolking van Brabant”, aldus Hermen Vreugdenhil

Naar aanleiding van het rapport heeft het presidium besloten om voorafgaand aan de reguliere behandeling van het rapport medio januari aanstaande donderdag te spreken over deze specifieke casus. In aanloop hiernaar heeft GS toegezegd met een feitenrelaas te komen, deze is maandag bekendgemaakt.

In het bestuursakkoord is afgesproken dat er een ontwikkelbedrijf dient te komen. In de commissie van 6 maart zijn hiertoe spelregels vastgesteld ten aanzien van grondverwerving voor het ontwikkelbedrijf. Het college wilde snel van start gaan en vroeg de commissie op 6 maart het vertrouwen om voorafgaand aan het vaststellen van het definitieve beheersstatuut al te starten. GS heeft op 6 maart het vertrouwen gekregen van de commissie nadat een set ‘spelregels’ tav grondverwerving alsook een aantal aanvullende afspraken waren gemaakt.

De aanvullingen zijn:

- vooraf altijd overleg wordt met gemeenten bij mogelijke grondtransacties. Gedeputeerde Rupp: “wij doen geen transactie zonder eerst met de gemeenten te hebben gespoken over die gronden”.

- Transacties vinden plaats op basis van minimaal twee taxaties.

De gedeputeerde zegde toe: “Als je afwijkt van taxaties dan moet de politiek bestuurlijke antenne zo zijn, dat moet je even met de commissie bespreken. Je moet toch enig gevoel hebben dit is toch trickie, dit moet ik met de commissie bespreken”

Het feitenrelaas door GS zelf opgesteld op 7 december is zeer pijnlijk. GS trekt dan ook het boetekleed aan over de verwerving van de Heijmans gronden. Echter, enkel over de manier waarop de provincie de gronden verwierf niet over de informatievoorziening aan de Staten.

De feiten:

  1. De gehele transactie is slechts getaxeerd door 1 (niet beëdigde) taxateur zijnde een senior beleidsmedewerker van de provincie
  2. Er is geen overleg gepleegd met gemeenten
  3. Er kon een keuze gemaakt worden uit een lijst met percelen waarna er gekomen is (na onderhandeling) tot een lijst percelen ter waarde van 9,5 miljoen  (exact onder de 10 miljoen waarbinnen GS de commissie niet vooraf hoefde te informeren)
  4. De ambtelijke organisatie heeft het college geadviseerd om een contra taxatie uit te voeren, dit is niet gebeurd en de gedeputeerde heeft het college niet op de hoogte gesteld van dit advies.
  5. Op geen enkele wijze is aan de Staten informatie verschaft over de aankopen, ook is niet voldaan aan de afspraken om zowel de objecten en projecten in de begroting op te nemen. Staten hebben niet kunnen controleren of de objecten passen binnen de spelregels zoals afgesproken

De ChristenUnie-SGP fractie moet dan ook  de volgende conclusies trekken:

1. Ten aanzien van de aankoopprijs en daarmee verband houdende mogelijke staatsteun kunnen wij pas een conclusie trekken nadat er een onafhankelijke taxatie heeft plaatsgevonden. Wel is duidelijk dat de procedure niet gevolgd is en GS daarmee de provincie in een risicovolle en mogelijk juridische precaire situatie heeft gebracht.

2. GS is de afspraken niet nagekomen om gemeenten vooraf te informeren. Dit rekenen wij GS zwaar aan gezien het feit dat:

-         hierover afspraken zijn gemaakt in de Brabantcode

-         de mogelijkheden van de provincie binnen de nWro om dmv inpassingsplan en inzet van het ontwikkelbedrijf een ontwikkeling ‘erdoor te drukken’ fors zijn toegenomen wat noopt tot uiterste zorgvuldigheid en afstemming met gemeenten.

-         GS de percelen wil bestemmen voor ruimte voor ruimte kavels en juist op dit punt een bestuurlijk dispuut ligt met betrokken gemeente(n). GS kan de percelen als drukmiddel inzetten

-         Nota bene tijdens de commissie van 6 maart de gedeputeerde de uitspraak deed: “wij doen geen transactie zonder eerst met de gemeenten te hebben gespoken over die gronden” terwijl hij op dat moment aan het onderhandelen was over de heijmans deal waarbij die afspraken werden geschonden.

3.GS op generlei wijze de Staten heeft geïnformeerd, niet vooraf, niet achteraf over de grondaankopen, de risicobeoordeling, de bestemming en de wijze van toepassen van de spelregels. Dit terwijl hier heldere en concrete afspraken over zijn gemaakt. Wij rekenen dit het college extra aan omdat wij bij de begrotingsbehandeling dit punt door de ChristenUnie-SGP fractie nogmaals naar voren is gebracht en GS toen al kennis had van het rapport van de zuidelijke rekenkamer waarin de uitwisseling van informatie met PS één van de belangrijke kritiekpunten was. Tevens rekenen wij dit extra zwaar aan omdat hiermee de begrotingsspelregels, het belangrijkste sturings en controle instrument van de Staten is geschonden

4. De afspraken die met het college zijn gemaakt zijn niet verankerd in de organisatie en werden tot op de dag van gisteren nog niet toegepast. Wij nemen dit het college extra kwalijk omdat aan de statencommissie het vertrouwen door GS werd gevraagd om met de voorlopige set spelregels al te mogen starten met het ontwikkelbedrijf terwijl er nog geen beheerstatuut lag. Dat vertrouwen is door de commissie aan GS gegeven maar is geschonden. De spelregels zijn niet volledig toegepast én niet verankerd in de interne organisatie.

5.Ondanks een helder en scherp rapport van de rekenkamer zijn er in het college pas na de commotie in de pers bellen gaan rinkelen dat er iets goed mis zat wat uiteindelijk geleid heeft tot het feitenrelaas op 7 december en het aantrekken van het boetekleed door GS. In de bestuurlijke reactie van GS dd 13 november op het rekenkamerrapport spreekt het college immers nog van “toetsing door verschillende interne taxateurs”, het daardoor “niet nodig achten van een contra taxatie door een externe taxateur”, “elke aankoop (…) wordt getoetst aan de criteria die zijn opgenomen in de notitie ‘provinciale grondbank’ en het niet delen van de conclusie dat de Staten te summier worden geïnformeerd omdat “hen informatie in kennis wordt gesteld via begroting en jaarstukken”. Wij vinden het zorgelijk dat ondanks toch stevige signalen er binnen het college geen controle plaatsvindt op het nakomen van de spelregels en dat er geen kennis is genomen van de taxaties. 

Hierbij komt dat dit niet de eerste zaak is in deze collegeperiode waarin zowel de informatieversterkking aan de Staten alsook het niet nakomen van afspraken in het geding is. Een aantal zaken cumuleert, Essent, kerntakendiscussie, gouden handdrukken, natuurcompensatie, waardoor ik tot de conclusie kom dat het college onvoldoende in staat blijkt om gemaakte afspraken te verankeren en dat GS de informatievoorziening naar de Staten niet serieus genoeg neemt.

 

 

« Terug

Archief > 2009 > december

Geen berichten gevonden