Wmo reizigers: wij gaan de uitdaging aan!

Wmomaandag 04 februari 2008 17:39

In het debat over goedkoop of gratis OV heeft de ChristenUnie-SGP fractie zich samen met de GroenLinks fractie sterk gemaakt voor de Wmo reizigers. Nu is het nog zo dat de tarieven voor de regiotaxi zijn gekoppeld aan de bustarieven. In de proeven wordt dit losgelaten en profiteren ze niet mee.

In het debat heb ik gewezen op de positieve resultaten die in proeven elders in het land worden gehaald om door zowel prijsmaatregelen én kwaliteitsverbetering meer Wmo-geïndiceerde reizigers in het openbaar vervoer te krijgen. Dit is één van de belangrijkste redenen voor onze fractie om prijs en kwaliteit niet los te koppelen.

Afgelopen vrijdag werd dit tijdens het debat door de CDA fractie betwijfeld. Ik werd in het debat uitgedaagd om met projecten te komen waarbij de mobiliteit van de Wmo doelgroep toeneemt en anderzijds meer mensen in plaats van de regiotaxi het reguliere OV nemen. En als hier de koppeling met goedkoop OV in zou zitten zou het helemaal prachtig zijn.

Belofte maakt schuld. Ik heb dan ook de onderstaande conclusies aan mijn collega’s in de Staten toegestuurd. Ook heb ik ze maar meteen uitgenodigd voor een rondetafelgesprek met de onderzoekers zodat we de Wmo reiziger niet meer als een probleem gaan zien maar samen werken aan een écht sociaal OV stelsel. Als het aan onze fractie ligt willen we hier fors in investeren. Dan tonen we ons een ware bondgenoot van gemeenten.

Overigens, ik wil ú eigenlijk ook uitdagen om in uw eigen gemeente projecten op te pakken om de mobiliteit van Wmo reizigers te vergroten. Laten we ons op alle fronten hard maken voor een toegankelijk en bereikbaar OV.

Hoe? Kijk eens op www.kenniscentrumto-do.nl. Hier vindt u concrete projecten die ook in uw gemeente en provincie opgepakt kunnen worden.


Integratie Wmo-geïndiceerden met het openbaar vervoer: doelgroep reist meer.
Door het openbaar vervoer toegankelijker en aantrekkelijker te maken voor Wmo-geïndiceerden kan een meer inclusief beleid worden gevoerd. In vier pilots (Apeldoorn, Noord-Groningen, Twente en de Achterhoek) is hieraan aandacht geschonken.

Uit de pilots blijkt dat bijna de helft van actieve Wmo’ers (die reizen met Wmo- vervoer) met het openbaar vervoer kan reizen, mits dit met een lage vloerbus is. Dit aandeel kan naar verwachting nog toenemen als de toegankelijkheid van andere onderdelen, zoals haltes en reisinformatie, verbetert.

Of mensen de (Wmo)taxi echt laten staan en in plaats daarvan de bus nemen, blijkt afhankelijk van zowel het prijsverschil tussen de taxi en openbaar vervoer als ook hun beperking. De nabijheid van of loopafstand naar bushaltes geeft waarschijnlijk de doorslag. Bij deze pilots is gebleken dat het gratis OV een goed lokmiddel is om Wmo’ers in de bus te krijgen en (weer) zelf ervaring op te laten doen. Het lijkt niet nodig het tarief blijvend op nul te zetten om de Wmo’ers in het OV te houden.

In Apeldoorn gebruikt driekwart van de deelnemers aan de proef nog steeds regelmatig het OV, terwijl ze inmiddels het gewone tarief betalen. Betrouwbaarheid, onafhankelijkheid en gemak tellen zwaar voor alle reizigers. In deze opzichten scoort een openbare lijndienst met vaste tijden en routes meestal beter dan vraagafhankelijk vervoer. Ook blijkt dat het reizen met mensen zónder beperking als prettig wordt ervaren (minder stigmatiserend).

Aandachtspunt voor het OV blijkt de servicegerichtheid of behulpzaamheid van de buschauffeur. Op dit punt valt nog veel te verbeteren, mede gelet op de goede ervaringen met het taxivervoer dat deze nieuwe OV-reizigers hebben. Bij alle vier de pilots blijkt er een win-winsituatie voor de partijen. Maar dit is geen automatisme en vraagt wel om duidelijke afspraken tussen gemeenten, OV-autoriteiten en vervoerders.

De pilots laten zien wat de effecten kunnen zijn op de mobiliteit van de Wmo-geïndiceerden. Hierbij zie je enerzijds nieuwe mobiliteit (generatie) en anderzijds vervanging van Regiotaxiritten (substitutie). In de tabel staat hoe deze effecten zich in deze projecten hebben voorgedaan.

                             Generatie Substitutie
Apeldoorn                   13%           48%
Noord Groningen          29%          32%
Twente                        60%          30%

Bron: Nieuwsbrief van het kennisentrum toegankelijkheid en doelgroepenvervoer, juli 2007

« Terug

Archief > 2008 > februari

Geen berichten gevonden